Bij blootstelling van honingbijen aan gewasbeschermingsmiddelen mag niet meer dan 10 procent van een bijenvolk sterven. Dat stelt de Europese autoriteit voor voedselveiligheid (Efsa) voor.
Dit voorstel maakt deel uit van het aangepaste richtsnoer, de Bee Guidance, van de risico’s voor honingbijen, hommels en solitaire bijen. Op basis hiervan gaat de Europese Commissie gewasbeschermingsmiddelen beoordelen. Volgens de EU-wetgeving mogen gewasbeschermingsmiddelen alleen worden goedgekeurd als uit een risicobeoordeling blijkt dat er geen onaanvaardbare effecten zijn op het milieu. Dit heeft ook betrekking op niet-doelsoorten zoals bijen.
De Efsa komt met de voorstellen voor herziening van het bestaande richtsnoer. De koloniegrootte van honingbijen die zijn blootgesteld aan gewasbeschermingsmiddelen, mag maximaal 10 procent afnemen. Daarover heeft de Efsa overeenstemming bereikt met specialisten. Voor hommels en solitaire bijen is meer onderzoek nodig om te komen tot een definieerbare drempelwaarde.
Technische aanpassingen
Behalve met de uitgangspunten van de risicobeoordeling voor bestuivende insecten komt de Efsa ook met voorstellen voor technische aanpassingen om gewasbeschermingsmiddelen te beoordelen. Het gaat hierbij onder meer een gelaagde aanpak en het vaststellen van effecten in verschillende levensfases van de bijen.
De EU-lidstaten moeten zich nog buigen over de voorstellen van de Efsa. De autoriteit licht de stand van zaken wat betreft de Bee Guidance toe tijdens een digitale informatiebijeenkomst op dinsdag 13 juni.
Tekst: Haijo Dodde, foto: Pixabay