Een Kamermeerderheid zet de gezamenlijke inspanningen voor verdere verduurzaming van gewasbescherming onder druk. Dat zegt LTO Nederland na twee wetswijzigingen die vorige week zijn ingediend bij een nieuwe wet over particulier gebruik van gewasbeschermingsmiddelen.
Opvallend is dat de wijzigingen van de nieuwe wet al zijn goedgekeurd, terwijl de Eerste en de Tweede Kamer nog moeten stemmen over de hele nieuwe wet. Als zij deze niet steunen, dan vervallen ook de voorgestelde wijzigingen (amendementen) waarover al was gestemd. De VVD heeft het kabinet gevraagd eerst de gevolgen van de wet inclusief wijzigingen in kaart te brengen.
De eerste wijziging, een amendement van GroenLinks-Kamerlid Laura Bromet, creëert de wettelijke basis voor het aanwijzen van gebieden waar het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen vanwege de nabijheid van water moet worden verminderd of verboden.
LTO Nederland waarschuwt dat dit amendement voorbijgaat aan de al onderbouwde wettelijke eisen om emissie naar het oppervlaktewater te voorkomen. Dit is een van de beoordelingscriteria van het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb).
Versnelde reductie
Het amendement van Leonie Vestering (Partij voor de Dieren) regelt een versnelde reductie van het gebruik van bepaalde gewasbeschermingsmiddelen. LTO Nederland vindt dit niet realistisch, want het gaat om middelen waar de behoefte aan een vervangende oplossing groot is, maar nog niet is gevonden. De aandacht moet niet liggen op het verbieden van gewasbeschermingsmiddelen, maar op het beschikbaar komen van alternatieven, vindt LTO Nederland.
Beide amendementen kregen steun in de Tweede Kamer, maar VVD, CDA, ChristenUnie, Van Haga, JA21, SGP en BoerBurgerBeweging stemden tegen. Forum voor Democratie stemde alleen tegen het plan van GroenLinks.
Tekst: René Bouwmeester, foto: Han Reindsen