Landbouwminister Henk Staghouwer en een deel van de Tweede Kamer hebben vorige week een felle woordenwisseling gehad over de toepassing van glyfosaat op grasland en vanggewassen. Een meerderheid in de Tweede Kamer wil dat hier een einde aan komt, maar de minister wil hier niet aan.

D66-Kamerlid Tjeerd de Groot vroeg Staghouwer waarom hij dit verzoek van de Tweede Kamer negeerde. In 2018 stemde een meerderheid van de Tweede Kamer immers al in met een motie waarin de minister werd verzocht de toepassing van glyfosaat te beperken tot de inzet in het kader van geïntegreerde gewasbescherming. Staghouwer en zijn voorganger Carola Schouten hebben dit verzoek steeds naast zich neergelegd.

Onlangs gaf Staghouwer schriftelijk uitleg over zijn handelswijze. Daarbij verwees hij naar het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb), die ook al een aantal toepassingen heeft beperkt. Daar nam De Groot geen genoegen mee. Hij wilde weten waarom de minister een verzoek van de Tweede Kamer negeerde en kreeg daarin veel bijval van onder meer Groen Links-Kamerlid Laura Bromet.

Gele velden
Staghouwer erkende dat hij ‘ook niet blij wordt van gele velden’, maar voegde eraan toe dat hij geen juridische mogelijkheid ziet om af te wijken van het oordeel van het Ctgb. ‘Voor toepassing voor het resetten van grasland, rustgewassen en vanggewassen is glyfosaat toegelaten als herbicide. Verbieden kan ik alleen als er wetenschappelijke onderbouwing voor is of als onaanvaardbare risico’s zijn. Die onderbouwing is volgens het Ctgb niet aanwezig.’

De minister benadrukte met de agrarische sector afspraken te maken over het terugdringen van het gebruik van glyfosaat. Zo verwees hij naar het stappenplan voor geïntegreerde gewasbescherming waarbij glyfosaathoudende middelen alleen worden toegepast als het echt noodzakelijk is. ‘Ik blijf in gesprek met de sector om te kijken hoe het gebruik, desnoods met economische prikkels, kan worden teruggebracht.’

Oostenrijk
De Groot hekelde de redenatie van Staghouwer en stelde dat je op grasland geen herbicide nodig hebt. ‘Waar staat in de gebruikersverordening dat je glyfosaat mag gebruiken voor het platspuiten van grasland en vanggewassen?’ Ook benadrukte het D66-Kamerlid dat andere landen, waaronder Oostenrijk, de toepassing wel aan banden hadden gelegd. Hij stelde voor dat de minister dit voorbeeld zou volgen.

Staghouwer erkende dat diverse Europese lidstaten weliswaar beperkingen hebben opgelegd aan middelen met glyfosaat, maar voegde daaraan toe dat in die landen ook juridische procedures lopen tegen de beslissingen. ‘Wij denken dat zo’n besluit juridisch niet houdbaar is. Daarom doen we het niet. Ik kan wel een toezegging doen, maar als ik word teruggefloten door de rechter, dan hebben we er ook niets aan.’ Bromet antwoordde hierop dat de minister dit risico moest nemen.

Tekst: René Bouwmeester
Foto: Twan Wiermans