Telers die zich abonneren op de diensten van BioScope hebben aan het begin van het seizoen al informatie voor plaatsspecifieke teeltmaatregelen. De Bodemzone kaart en de Prestatiekaart zijn de basis voor een goede start van het groeiseizoen. Met deze kaarten kun je eenvoudig het doseren van bodemherbiciden en compost en het variëren van de plant- en zaaiafstand bepalen. Het is bovendien de basis om in de loop van het groeiseizoen met een serie andere kaarten bij te sturen.

BioScope is een betaalbare oplossing, omdat het bedrijf grote oppervlakten kan volgen tegen lage kosten, zegt Jeroen Verschoore van BioScope. „Andere scans zijn vaak intensief, maar ook duur. Als je met een teler kijkt naar de bodemzonekaart, dan herkent die vaak heel goed de verschillende zones. Bekijk het zo: je begint met de bodemkaart en handelt daarnaar. Gebruik je de kaarten vervolgens bij het toepassen van bodemherbiciden, dan loont de investering in de satellietbeelden snel. De eerste stappen met BioScope zijn simpel te nemen.

Verschoore zegt dat de bodemzonekaart een goede start is voor iedereen.  Hiermee kunnen bodemmonsters plaatsspecifiek genomen worden om verschillen in de bodem te verklaren.

Bioscope levert daarnaast van elk perceel een prestatiekaart. Op basis van alle beelden van het voorgaande jaar krijgt de teler in één kaart een overzicht van de plekken die het beter en minder goed deden. Deze twee kaarten samen geven een indruk van de potentie van het perceel.

Verschoore zegt dat telers, afhankelijk van de beschikbare data, de toepassing van precisielandbouw kunnen uitbouwen. Gewasmetingen geven in het seizoen informatie over de reactie van de planten op teeltmaatregelen, weers- en bodemomstandigheden.

Garantie

Telers kunnen met BioScope één of meerdere percelen volgen. Met ingang van dit seizoen zijn er losse abonnementen mogelijk met bijvoorbeeld maar één of een paar kaarten. Voor ondernemers die het gewas maximaal willen volgen heeft BioScope ook een oplossing. „Als je in het seizoen geen gaten wil laten vallen in het scouten van de gewasgroei garanderen we voldoende informatie”. Als het te bewolkt is voor de satelliet om het perceel te zien,  zetten de mensen van BioScope drones in om tussentijdse metingen te hebben.

Is het gewas gezaaid of gepoot, dan volgt BioScope de groei en de opname van stikstof met de scoutingkaarten en de bijgroeikaarten. Verschoore zegt dat door de stikstofopname te volgen en de biomassaontwikkeling in kaart te brengen de taakkaarten voor overbemesting of loofdoding te maken zijn. Het bespaart op de inzet van meststoffen en middelen.

Oorzaak

De metingen aan de gewassen vertellen veel over de groei, maar ze tonen niet direct de oorzaken als er plekken achterblijven. Daarvoor zal de teler het veld in moeten. Verschoore: „Minder stikstofopname kan liggen aan de afwezigheid van dat element in de bodem, maar ook aan vochttekort, waardoor mestkorrels niet oplossen, of aan de activiteit van aaltjes die aan de wortels knabbelen.”

Daarna kan je gebruik maken van de methode ‘plan-do-check-act’. Dan volg je in het seizoen wat je handelingen teweeg brengen en stelt bij, als je effecten meet.”„Niet alle telers zijn zo ver dat ze alle informatie kunnen gebruiken met hun machines. Daarom zou je bijvoorbeeld kunnen kiezen om alleen met de toepassing van scoutingkaarten te beginnen en later die voor bodemherbiciden of loofdodingsmiddel  toe te voegen.” Al doende leert de teler en gaat hij steeds meer datagestuurd werken. Zo haalt een ondernemer steeds meer uit een abonnement op BioScope, aldus Verschoore. Leden van LTO kunnen kennismaken met BioScope tegen een speciaal tarief.

 Met een spuit die sectiesbesturing heeft kan de teler meer bodemherbicide toedienen als er meer organische stof in de grond zit en minder op schralere plekken (beelden: Jeroen Verschoore)