De totale hoeveelheid gewasbeschermingsmiddelen in gebruik bij particulieren is relatief klein ten opzichte van het gebruik door de landbouw, maar het kan wel een schadelijk effect op het milieu hebben. Volgens CLM Onderzoek en Advies ligt het risico in onkundig gebruik door huishoudens en onbekendheid met de gebruikte middelen.

Waar een agrariër via een spuitlicentie opgeleid is om zorgvuldig met middelen om te gaan, geldt dat voor particulieren niet. Daarin schuilt een belangrijk risico, stelt CLM. Het bureau deed onderzoek in opdracht van de provincies Drenthe en Overijssel. Bijna de helft van de particulieren gaf in het onderzoek aan wel eens gewasbeschermingsmiddelen te gebruiken. Van de ondervraagden zei 90 procent chemievrije alternatieven te gebruiken. Uit de antwoorden bleek dat veel mensen azijn en chloorbleekmiddel onder de natuurvriendelijke oplossingen rekenden, terwijl die weldegelijk schade aan organismen in het milieu kunnen veroorzaken.

Aanschrijven van 2.400 adressen resulteerde in het inleveren van 115 verpakkingen. Het betrof met name onkruidmiddelen en middelen tegen muizen, groene aanslag en mieren, meestal onder de term biociden geclassificeerd. De respons viel tegen, zegt het CLM, omdat deze in lijn ligt met wat normaal bij de milieustraat ingeleverd wordt.

 

Gerichte voorlichting

CLM Onderzoek en Advies denkt dat voorlichting zich mag richten op de particuliere gebruiker van middelen. Alternatieven als wieden en heet water gebruiken tegen onkruid volstaan volgens de organisatie voor particulieren. CLM ziet een rol voor de overheid hiervoor bij de communicatie naar de burger. Hoveniers kunnen bij de inrichting van tuinen onkruidgroei en plantenziekten voorkomen en er zijn methoden om zonder chemie de overblijvende gevallen aan te pakken. Met name in regio’s waar drinkwater gewonnen wordt is voorzichtigheid met chemie geboden, zegt het CLM.  Tuincentra en volkstuinencomplexen kunnen milieuvriendelijk gedrag stimuleren, zeggen de onderzoekers.