De aanvragen voor ‘groene middelen’ komen volgens het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) gestaag binnen. Het onderzoek kan voor ieder wegvallend chemisch middel nog niet een pasklaar antwoord met minder milieubelastende techniek of chemie melden.

De weg naar meer beschikbaarheid van groene middelen loopt via nieuw ontwikkelde producten, wederzijdse erkenning en uitbreidingen voor kleine teelten. Een middel dat in een andere Europese lidstaat al toegelaten is kan in Nederland eveneens erkend worden, een middel dat al toegelaten is in een gewas, kan in een ander gewas toegelaten worden. Middelen op basis van minder milieubelastende chemie, bacteriestammen of schimmels komen zo breder beschikbaar. Het Ctgb constateert eind juni dat de ontwikkeling naar groener gewasbescherming doorzet.

De proefbedrijven van Wageningen Universiteit en Research (WUR), SPNA en Zwaagdijk presenteren deze zomer onderzoek aan groene middelen tijdens de open dagen voor de telers. Alle drie de organisaties zeggen dat er mogelijkheden in ontwikkeling zijn, maar dat er ook tijd nodig is om tot een werkbare strategie te komen.

Directeur Johan Kos van Proeftuin Zwaagdijk zegt het zo: ‘De eerste resultaten zijn bemoedigend maar het probleem is wel dat, als iets met een half jaar wegvalt, je nog niet direct wat anders hebt. Dit gaat tijd kosten.’ Daarmee sluit hij aan bij de visies die door LTO-portefeuillehouder plantgezondheid Joris Baecke en de vereniging van gewasbeschermingsmiddelenproducenten Nefyto zijn gegeven. Zij geven eveneens aan dat er tijd nodig is. Alle proefbedrijven melden daarnaast toename van hinderlijke insecten in gewassen waar de zaadcoating niet meer mag, na het verbod op neonicotinoïden. Luizen zijn talrijker en brengen meer virus over en telers zeggen eerder in het jaar middelen in te moeten zetten tegen deze insecten en andere soorten.

Groene middelen of mechanische bestrijding van onkruid kan de kostprijs van de teelt verhogen. Volgens Peter Ickenroth van WUR-locatie Vredepeel is het dan ook niet alleen de kwestie om met alternatieven te komen, maar die ook betaalbaar te houden, anders kan de teelt alsnog moeilijk vol te houden zijn in Nederland. Het inzetten van groene middelen in open teelten is volgens de producenten en onderzoekers vaak moeilijker dan in kassen.